Kaart

De universitair medische centra van Nederland zijn onmiddellijk na de eerste alarmerende berichten in actie gekomen. We hebben onze wetenschappelijke kennis gebundeld en in rap tempo onderzoeken naar de oorzaken, behandeling en de langetermijneffecten van het coronavirus opgezet, georganiseerd en opgeschaald. Variërend van onderzoek naar een vaccin, de beste behandeling, tot psychosociaal onderzoek. Samen leveren deze onderzoeken een schat aan data en nieuwe inzichten op in de strijd tegen het coronavirus.

Met de resultaten van de onderzoeken willen de umc’s zo snel mogelijk patiënten helpen. En voorkomen dat er nog meer mensen ziek worden. Op die manier kunnen de onderzoekers snel verder. We delen de data en onderzoeksresultaten zodra dat kan. We zoeken elkaar juist nu op, zodat de bevolking er zo snel mogelijk van kan profiteren. Dat is onze taak.

Samen leveren de umc’s een grote bijdrage aan de ontwikkeling van behandelingen, een vaccin en andere oplossingen in de strijd tegen COVID-19 en andere mogelijke pandemieën in de toekomst. Bijvoorbeeld om het ontstaan van trombose bij coronapatiënten te begrijpen en te voorkomen. Maar ook op het gebied van preventie en gezond leven doen we onderzoek en werken we samen met veel partijen binnen en buiten de zorg. Om te voorkomen dat het risico op ziektes als corona en de ernst ervan in het ene postcodegebied groter is dan in het andere.  

Als universitair medische centra werken we samen aan een steeds betere gezondheid voor iedereen. Door de unieke samenwerking tussen onderwijs, onderzoek en zorg.

We zetten ons elke dag in voor het leven van morgen

 

“We zoeken elkaar juist op, zodat de samenleving er zo snel mogelijk van kan profiteren. Dat is onze taak.”

Frits Rosendaal, voorzitter van de NFU commissie COVID-19 onderzoek en afdelingshoofd Klinische Epidemiologie in het LUMC

Meer weten?

NFU-commissie voor COVID-onderzoek

De universitair medische centra - verenigd in de NFU- werken samen om het onderzoek naar COVID-19 in Nederland te inventariseren en te verbinden. Op deze manier kan zo snel mogelijk een effectieve therapie gevonden worden middels kwalitatief hoogstaand onderzoek.

Een NFU-commissie (COCON-Commissie) beoordeelt en prioriteert het therapeutische onderzoek naar het virus. Onderzoekers die een therapeutisch onderzoek willen beginnen, laten dat eerst intern beoordelen door een wetenschapscommissie van hun eigen umc. Vervolgens kunnen zij het onderzoek in een zo vroeg mogelijk stadium aanmelden bij de NFU. De NFU staat hierbij in nauw contact met de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) en het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Dit kan ondersteuning bieden bij onderzoek dat mogelijk leidt tot aanpassingen in de registratie van geneesmiddelen.

Samenwerking tussen de umc’s

De huidige coronacrisis heeft het belang van samenwerking extra zichtbaar gemaakt. Er zijn mooie samenwerkingen ontstaan tussen de verschillende umc’s, en dat levert unieke data en kennis op. Het MUMC+, UMC Utrecht en Erasmus MC onderzoeken bijvoorbeeld gezamenlijk het effect van het coronavirus op de darmen. Dat wij zowel patiëntenzorg als onderzoek onder één dak hebben is een groot voordeel voor de snelheid, kwaliteit en efficiency van onderzoek.

Maximale transparantie

Frits Rosendaal, voorzitter van de NFU commissie COVID-19 onderzoek en afdelingshoofd Klinische Epidemiologie in het LUMC,:  “Door het bundelen van data komen we samen verder. Bijvoorbeeld voor het onderzoek om het ontstaan van trombose bij coronapatiënten te begrijpen en te voorkomen. Alle umc’s in Nederland werken hieraan mee, samen met Sanquin”.

Internationale samenwerking

De Europese Unie onderkent de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek aan de Nederlandse umc’s en verleent de umc’s daarom subsidies. Zo heeft Amsterdam UMC een EEC-subsidie ontvangen voor een onderzoek naar vaatlekkage. Onderzocht wordt of een bestaand middel dat vaatlekkage en longoedeem tegengaat het aantal patiënten dat een IC-opname nodig heeft kan terugbrengen. Deze studie wordt uitgevoerd in vier umc’s, tien andere Nederlandse ziekenhuizen en een aantal buitenlandse centra.

Terug naar overzicht